Wsnp-akkoord samenstellen en aanbieden
Tijdens de Wsnp kunt u uw schuldeisers een akkoord aanbieden. Voor alle partijen is een akkoord vaak gunstiger dan de Wsnp. Via een akkoord ontvangen schuldeisers meestal méér geld, en sneller. Voor u duurt de Wsnp korter: de Wsnp eindigt nadat de rechtbank het akkoord heeft goedgekeurd.
Hieronder leggen wij stap voor stap uit hoe u een Wsnp-akkoord uitwerkt en aanbiedt.
Werkwijze aanbieden akkoord
Een akkoord houdt kortgezegd in dat u betaling van een geldbedrag ineens - het aanbod - aanbiedt aan uw schuldeisers, en dat uw schuldeisers de restschuld kwijtschelden. Het geld wordt meestal door familie en/of vrienden aan u beschikbaar gesteld, of geleend bij een (commerciële) bank.
Voldoende schuldeisers moeten het aanbod aanvaarden en de rechtbank moet het aanbod daarna goedkeuren. Wil het akkoord een kans van slagen hebben, dan zal het aanbod hoger moeten zijn dan de (te verwachten) Wsnp-uitdeling.
Als schuldeisers het akkoord aanvaarden en de rechter-commissaris én de rechtbank keuren het akkoord goed, dan eindigt de Wsnp direct.
Een akkoord aanbieden kan gedurende de hele Wsnp-termijn. De Wsnp-bewindvoerder moet u daarbij, binnen redelijke grenzen, behulpzaam zijn. U kunt ook een derde inschakelen die namens u het akkoord aanbiedt. De kosten daarvan zijn voor uw eigen rekening.
Bespreek aanbieden akkoord met Wsnp-bewindvoerder
Het is belangrijk dat u met de Wsnp-bewindvoerder bespreekt of een akkoord mogelijk is. En zo ja, dat u de Wsnp-bewindvoerder op de hoogte houdt van dit proces. Voordat het aanbod wordt gedaan, kan het verstandig zijn om eerst eens bij uw schuldeisers te polsen of zij bereid zouden zijn in te stemmen met een akkoord. Wordt daar positief op gereageerd, dan kan een concreet aanbod aan de schuldeisers worden gedaan.
De werkwijze kán als volgt zijn
1. Onderzoek bedrag voor schuldeisers
U onderzoekt de mogelijkheden om een bedrag te verzamelen voor uw schuldeisers. Meestal wordt door familie en/of vrienden een bedrag ter beschikking gesteld, soms wordt geld geleend bij een commerciële partij. Het bedrag moet in totaal hoger zijn dan de uitdeling die schuldeisers (naar verwachting) zouden krijgen als u de Wsnp normaal doorloopt.
2. Opstellen akkoord
Zodra u een mogelijkheid voor een aanbod heeft, dan kan het ontwerp van het akkoord worden opgesteld. De inhoud van het akkoord is vormvrij en u mag het akkoord zelf opstellen. Eventueel kunt u hier ook hulp bij inschakelen, bijvoorbeeld van de Wsnp-bewindvoerder (die is daartoe niet verplicht) of een derde. De (extra) vergoeding moet in het akkoord worden meeberekend.
Er zijn twee vormen van een akkoord in de WSNP, zie ‘twee verschillende akkoorden’ onderaan deze pagina.
3. Voorleggen aan de schuldeisers
U of de Wsnp-bewindvoerder/derde legt het aanbod voor aan de schuldeisers. De schuldeisers die ermee willen instemmen, kunnen de Wsnp-bewindvoerder een volmacht om vóór (of tegen) het akkoord te stemmen geven. Als het grootste deel van de schuldeisers aangeeft dat zij instemmen met het aanbod, dan legt de Wsnp-bewindvoerder het ontwerpakkoord neer bij de griffie van de rechtbank. Bij de griffie kan iedereen dan, voorafgaand aan de verificatievergadering en stemming over het akkoord, het ontwerpakkoord (kosteloos) inzien.
4. Aannemen of vaststellen akkoord
Tijdens de verificatievergadering en stemming over het akkoord moeten u en de Wsnp-bewindvoerder aanwezig zijn. De rechter-commissaris stelt de vorderingen definitief vast en controleert ook of het akkoord volgens de daarvoor wettelijke regels aangenomen kan worden.
Schuldeisers kunnen de Wsnp-bewindvoerder machtigen om namens hen vóór of tegen het akkoord te stemmen. Deze volmachten worden tijdens de zitting aan de rechter-commissaris overhandigd.
De rechter-commissaris neemt het akkoord aan als:
- de meerderheid van de preferente schuldeisers instemt. Deze schuldeisers moeten samen ten minste de helft van de totale preferente schuldpositie vertegenwoordigen en tevens;
- de meerderheid van de concurrente schuldeiser instemt. Deze schuldeisers moeten samen ten minste de helft van de totale concurrente schuldpositie vertegenwoordigen.
Als een akkoord niet aan bovenstaande voorwaarden voldoet, kan het akkoord tóch worden vastgesteld als het aan de twee onderstaande vereisten voldoet: - Drie vierde (¾) van de preferente én drie vierde van de concurrente schuldeisers stemmen vóór het akkoord;
- Schuldeisers ontvangen bij het akkoord méér betaling dan verwacht kan worden bij het normaal doorlopen van de Wsnp. En als de weigering van één of meer schuldeisers als onredelijk beschouwd kan worden.
Voorafgaande aan de homologatiezitting deelt de bewindvoerder de rechtbank mee dat hij de voor het akkoord benodigde gelden onder zich heeft.
5. Goedkeuring akkoord door rechtbank
Nadat de rechter-commissaris het akkoord heeft aangenomen, plant de rechtbank een zitting. Bij de zitting beslist de rechtbank of het akkoord wordt goedgekeurd. De goedkeuring door de rechtbank heet 'homologatie'. Vaak wordt hiervoor een pro forma zitting gepland waarbij u niet aanwezig hoeft te zijn. De Wsnp-bewindvoerder moet voorafgaand aan de zitting de rechtbank laten weten dat 'nakoming van het akkoord gewaarborgd is'. Met andere woorden, dat hij de voor het akkoord benodigde gelden ontvangen heeft.
Keurt de rechtbank het akkoord af? Dan kunt u binnen acht dagen hiertegen in hoger beroep gaan.
Keurt de rechtbank het akkoord goed? Dan kan elke schuldeiser binnen acht dagen hiertegen in hoger beroep gaan.
Nadat de rechtbank het akkoord heeft goedgekeurd, en de termijn voor hoger beroep voorbij is, treedt het akkoord in werking. Tegelijkertijd eindigt de Wsnp.
Het in werking getreden akkoord is verbindend voor alle schuldeisers. Óók voor schuldeisers die niet zijn opgekomen.
Nog één kans na verwerping of weigering akkoord
Wijst de rechter-commissaris het akkoord af of weigert de rechtbank de goedkeuring? Dan mag u nog éénmaal het ontwerpaanbod wijzigen en nogmaals aanbieden.
Twee verschillende akkoorden
Er zijn twee verschillende vormen van een akkoord, te weten het liquidatieakkoord en het percentageakkoord. Hieronder meer uitleg.
1. Liquidatieakkoord
In een liquidatieakkoord wordt uw gehele vermogen aangeboden aan uw schuldeisers. De vereffenaar, dit kan zijn de schuldenaar zelf, de Wsnp-bewindvoerder of een derde, verdeelt de opbrengst van de boedel onder de geverifieerde schuldeisers tegen finale kwijting voor de vordering (de restschuld).
Schuldeisers die zich pas melden ná de slotuitdeling krijgen niets uitgekeerd en kunnen de schuldenaar hiervoor ook niet meer aanspreken.
Bureau Wsnp biedt een model ontwerp liquidatieakkoord (docx, 32 kB) aan.
2. Percentageakkoord
In een percentageakkoord biedt de schuldenaar elke schuldeiser een betaling van een bepaald percentage van de vordering aan, tegen kwijtschelding van de restschuld. Het bedrag wat aan de schuldeisers aangeboden wordt, moet tenminste gelijk zijn aan de (te verwachten) uitdeling van de Wsnp. Aantrekkelijker is natuurlijk als het bedrag hoger is.
Als het akkoord wordt aangenomen, dan eindigt de Wsnp. Schuldeisers ontvangen dan zo spoedig mogelijk hun geld. De restschuld schelden zij kwijt, zo is vastgelegd in de overeenkomst.
Soms is het akkoord uitgevoerd en de uitdeling voltooid, en meldt zich later nog een schuldeiser (die dus geen uitdeling heeft ontvangen). Bij een percentageakkoord kan deze later opgekomen schuldeiser ook achteraf nog het uitgekeerde percentage verhalen op de schuldenaar.
Verschil van kwijtschelding van schulden of omzetting naar natuurlijke verbintenis
In een akkoord neem je op dat:
- de vorderingen worden omgezet naar een natuurlijke verbintenis; of
- de restschulden worden kwijtgescholden.
Hoewel beide vormen leiden tot een schuldenvrije situatie, zijn er grote (juridische) verschillen. Hieronder informeren wij over deze verschillen.
Uitleg omzetting naar natuurlijke verbintenis
Als aan het einde van de Wsnp de schone lei wordt toegekend, betekent dit dat alle vorderingen die onder de werking van de Wsnp vallen worden omgezet in een ‘natuurlijke verbintenis’. Dit betekent dat de schuldeisers niet langer betaling van de schuld kunnen opeisen. In juridische termen zeggen we: de vorderingen zijn niet langer afdwingbaar. Als u de schone lei hebt gekregen mag u zelf bepalen of u een (rest)schuld nog wil voldoen. Dat zou bijvoorbeeld kunnen, omdat u zich daar moreel toe verplicht voelt. Maar u bent hier niet toe verplicht en niemand kan u dwingen te betalen. De vorderingen bestaan dus eigenlijk nog wel, maar zijn niet meer opeisbaar.
Uitleg kwijtschelding
Als de rechtbank het akkoord goedkeurt, worden de vorderingen ook omgezet naar een natuurlijke verbintenis. In plaats van de omzetting naar een natuurlijke verbintenis, kunt u ook kiezen voor kwijtschelding van de vorderingen. Dit wordt ook wel 'finale kwijting' genoemd. Dit betekent dat de schuldeisers een bepaald bedrag ontvangen en het restant van de vordering (de restschuld) op u kwijtschelden. In dat geval bestaan de vorderingen dan helemaal niet meer.